(foto Marc Faes)

1 november, Allerheiligen: van oorsprong een christelijk feest ter nagedachtenis aan alle heiligen en martelaren, maar bij uitbreiding een dag dat wij al onze dierbaren herdenken die ons zijn ‘ontvallen’. Graven worden gepoetst, bloemen worden er bij gezet, en als dat allemaal gebeurd is staan we even stil, en denken we terug aan de tijd dat hij of zij er nog was … Mogen we daar een gedichtje van Ludo Driesen bij doen?

Ik kan je niet loslaten

Nu je er niet meer bent

Voel ik  me onwezenlijk

Alsof ik in een luchtbel zit

Niet te doorprikken

Afgezonderd van alles en iedereen

Je favoriete shirt

Haast kleurloos en vol gaten

Ondraaglijk ondraagbaar

Ziet toe op wat ik doe

Vanachter glas boven de keukentafel

Soms draag ik je jas

Met vlekken in de kraag

Stomen is uitgesloten

Je geuren verdampen in het niet

En daarmee de warmte van ons samen

Ik luister naar je muziek

Dan moet ik wel eens huilen

Mijn opgekropt verdriet smelt

Mijn woede schreeuw ik uit

Af en toe ga ik naar je graf

En elke dag praat ik nog even met je

Over het alledaagse leven

Dat zal ik blijven doen

Soms is er dat gevoel

Dat het ooit weer goed met mij zal komen

Dan is er weer de dag

Waarop ik denk

Dat het niet goed kán komen

Omdat je er nooit meer bent

Wanneer het regent

En de bladeren de druppels loslaten

Huil ik mee

En droog mijn tranen

©Ludo Driesen